Er is in onze tijd een groeiend verlangen naar stilte. Steeds meer – vaak ook jonge – mensen gaan met regelmaat naar een klooster om zich aan de stilte te laven. Even weg van de terreur van de berichtjes en de prikkels, even op adem komen. Meditatie en mindfulness-oefeningen zijn allang geen vreemde woorden meer, zowel buiten als binnen de kerk. Momenten van stilte in een kerkdienst worden door velen als heel waardevol ervaren. Stilte is blijkbaar een diepe levensbehoefte voor ons mensen. In de stilte kunnen we God maar ook onszelf vinden.
We worden ons er steeds meer bewust van dat er in onze wereld teveel prikkels en woorden zijn. De hele dag door worden we bestookt met beelden, woorden, piepjes en andere signalen die om aandacht schreeuwen. Het wordt steeds moeilijker om ons eraan te onttrekken. Een groep jongeren deed een keer experiment met een hoogleraar: een week lang lieten ze hun telefoon uit. De eerste dagen werden ze heel onrustig en paniekerig van de stilte, ze bleken verslaafd aan onrust. Tot ze merkten hoe weldadig de stilte was.
Eén van de mooiste Bijbelteksten over stilte vind ik Psalm 62:2: Zeker, mijn ziel is stil voor God; van Hem is mijn heil. Een andere vertaling is: Alleen bij God is stilte voor mijn ziel, mijn redding komt van Hem. Deze dichter zoekt dus niet zomaar stilte, maar stilte voor zijn zíel. De ziel die volgens de psalmen vaak zo enorm onrustig kan worden door de chaos van de wereld. Het is de onrust van bange onzekerheid, van bezorgdheid, boosheid of bedroefdheid. Maar hoe breng je je onrustige ziel tot stilte? De dichter zegt: bij God! Hij redt de ziel van onrust. Stilte is een reddende handeling van God.
Hoe komen we in de buurt van de stilte van God? Dat gaat niet vanzelf, die stilte moeten we zoeken. Dat gold zelfs voor Jezus. In Marcus 1:35 lezen we dat Jezus heel vroeg opstaat. Als het nog helemaal donker is, gaat Hij naar een eenzame plaats te om te bidden. Dat Hij dat nodig had blijkt bijvoorbeeld uit Marcus 3:20, waar staat dat Jezus vanwege de mensenmassa’s die wat van Hem wilden soms geen tijd had om te eten. Daarom zocht Hij de stilte voor zijn ziel. Zelfs Híj moest die stilte zoeken, die stille tijd maken.
Laten we echter niet denken dat stilte zomaar een fijne ervaring is. Wie in de stilte komt hoort om te beginnen des te beter hoeveel bange, onrustige en boze stemmen er binnen in hem zijn. Voor kloostergangers zijn de eerste paar dagen vaak heel ongemakkelijk. In mijn studietijd in de jaren 90 deed ik voor het eerst stilteoefeningen. Mijn ervaring verwerkte ik in een gedicht met de titel Pijnlijke stilte dat met deze regels begon: Luid gilt de plotselinge stilte / Hier zit ik, met mezelf alleen. / Ik zocht de eenzaamheid om één / te zijn met God. Is wat ik wil te // stil voor mijn luidruchtig leven? Stilte kan dus heel confronterend zijn, vooral in het begin.
Veel mensen vandaag oefenen zich in stil worden door mindfulness of oosterse meditatievormen. Niet zo vreemd, want in het oosten zijn praktijken bewaard gebleven die echt werken op dit gebied. Helaas zijn we vaak vergeten hoeveel ook de christelijke traditie in huis heeft. Gelukkig zijn we dat, onder andere door die kloosterretraites, weer aan het ontdekken. Vooral voor protestanten is stil worden op het niveau van de ziel een uitdaging. Protestanten houden van woorden, van denken en discussiëren en juist die dingen zitten de stilte van de ziel nogal eens in de weg.
Een mooi voorbeeld van een oefening die helpt om via Bijbellezen en gebed stil te worden is de zogenaamde lectio divina. Deze oefening bestaat uit vier stappen: lezen, mediteren, bidden en stil zijn. Eerst lees je een stukje uit de Bijbel, liefst niet te groot, een paar verzen is genoeg. Vervolgens mediteer je over één woord, een stukje zin, een beeld. Wat roept het bij je op, waar raakt het je hart, welke emotie komt er los? In de derde stap zeg je er iets over tegen God. Niet teveel woorden graag, eenvoudige zinnen, een vraag of een zucht. Dat is genoeg. En tenslotte ben je stil in Gods aanwezigheid. Een paar minuten om te genieten van zijn nabijheid. Even de stilte van de ziel ervaren.
Kan de kerk in onze tijd een oefenplaats in stilte zijn? Voor mensen die bij de kerk horen, maar ook voor zoekers naar zin en betekenis? Voor protestanten is dat, als gezegd, best een uitdaging. We laten in onze diensten niet zo graag stiltes vallen, want we geloven dat het om het Woord draait. Dat ís ook zo, maar als onze woorden niet dienstbaar zijn aan de stilte van de ziel waarover Psalm 62 spreekt schieten ze tekort. Hoe dan ook groeit juist ook in protestantse kerken het besef dat we als kerk alleen maar van betekenis kunnen blijven als we óók oefenplaatsen van stilte voor de ziel zijn. Soms lukt het al een beetje, op momenten dat de kerk op door-de-weekse dagen open is en mensen even binnen kunnen komen. De stilte van de kerk werkt dan weldadig. Het is dan ook mijn verlangen dat onze kerkgebouwen in de toekomst óók een stilteplek kunnen worden, waar mensen van binnen en buiten de kerk zich kunnen oefenen in de stilte van de ziel.
Het grootste geheim van stilte volgens de Bijbel is misschien wel dat zij niet zwijgend maar sprekend is. Er zit zelfs muziek in de stilte. Weergaloos mooi wordt dat verwoord in de berijming van Psalm 65:
De stilte zingt U toe, o Here,
in uw verheven oord.
Wij zullen ons naar Sion keren
waar Gij ons bidden hoort.
In de stilte van God schuilt een groot geheim. Een geheim dat niet zomaar op straat ligt, maar door afzondering en oefening wel gevonden en verstaan kan worden. In de stilte kunnen we God maar ook onszelf vinden.